Wi-Fi? Nee alles bekabeld!

Iedereen gebruikt het: Wi-Fi. Maar waarom zetten we niet alle apparaten over op Wi-Fi. Het is lekker makkelijk, flexibel en scheelt een hoop kabels toch?

De meeste mensen hebben wel eens met een walkie talkie gespeelt als klein kind, en voor degene die dat niet hebben gedaan: bij een walkie talkie kan er altijd maar 1 persoon tegelijk praten, dit noem je in vakjargon “half duplex”. Tel daarbij op dat je ook nog binnen bereik moet zijn om überhaupt contact te leggen en je hebt een hele leuke middag als kind. Wat heeft dit te maken met Wi-Fi? Alles.

Werking Wi-Fi in een notendop

Wi-Fi werkt op dit moment op 2 frequenties, 2.4Ghz en 5Ghz. Wanneer je verbinding maakt met een Wi-Fi zender, ook wel een accespoint genoemd, kun je gebruik maken van het internet. Afhankelijk van de radio in het accespoint alsmede in het apparaat wat er mee verbindt en de afstand, bepaalt het accespoint of er verbonden wordt op de 2.4Ghz (groter bereik) of op de 5Ghz (korter bereik maar sneller). Het accespoint bepaalt zelf ook de snelheid (uitgedrukt in mbps) en is afhankelijk van verschillende factoren, zoals afstand, aantal verbonden apparaten en de snelheid van de chips in het accespoint en het verbonden apparaat.

Waarom niet alles op Wi-Fi

De hamvraag is nu dus ook waarom niet alles op Wi-Fi wordt gezet i.p.v. kabels. Zoals hierboven beschreven is Wi-Fi (op dit moment) nog half duplex, dat houdt in dat er maar 1 apparaat tegelijk kan versturen of ontvangen. Dit gaat natuurlijk op enorm hoge snelheid, maar naarmate er meer apparaten verbinden, wordt de wachtrij steeds langer en de snelheid steeds lager.

Je kunt het zien als een tweebaansweg met werkzaamheden op 1 baan. Het verkeer moet om de beurt langs de versmalling, dit zorgt voor een gemiddeld lagere snelheid van rijden.

Verstorende factoren

Omdat Wi-Fi een draadloos signaal is, is het ook heel gevoelig voor verstoringen. Denk hierbij aan industriële machines, magnetrons, draadloze producten zoals headset en toetsenbord-muis ontvangers en andere accespoints. Vooral de 2.4 Ghz wordt hier in Nederland erg “bevuild”. Waarom 2.4 Ghz meer vervuild wordt dan 5 Ghz heeft te maken met het totaal beschikbare kanalen, dat is 13, waarvan er maar 3 bruikbaar zijn, versus 27 die allemaal beschikbaar zijn. Op dit moment heb je alleen verstoring op de 5 Ghz band door radars zoals die van buienradar, die hebben voorrang op een aantal kanalen, ook wel DFS (Dynamic Frequentie Selection) genoemd.

Onderstaand zie je een weervrouw die ons de weerkaart toont, waar de gele kring staat is duidelijk een storing op de weerradar door een sterk wifi access point die verkeerd is ingesteld.

Is Wi-Fi dan een slechte keuze?

Kort antwoord, nee. Bij het oriënteren voor een nieuw of vervangend Wi-Fi netwerk moet je de volgende dingen goed in het achterhoofd houden.

• Waarvoor ga je het gebruiken?
• Hoeveel mensen gaan er tegelijk gebruik van maken?
• Belangrijke apparaten zoveel mogelijk op een kabel aansluiten.
• Laat geen Mesh (draadloze verbinding) aanmeten.
• Alle accespoint moeten een eigen netwerkaansluiting hebben.
• Laat een kanalenplan maken voor minimale overlapping.
• Aan een goed Wi-Fi netwerk hangt een prijskaartje.
• Laat je adviseren door een professioneel ICT-bedrijf.

FUN FACT: Er zijn veel “extra sterke zenders” in omloop. Dat kun je vergelijken met dat er 2 mensen op een grote afstand van elkaar staan en er maar 1 een megafoon heeft, dat wordt geen makkelijk gesprek.